De gemeente Zuidplas en de politie hebben 35 relschoppers van de ongeregelheden in Moordrecht geïdenticeerd. Dat vertelde loco-burgemeester Jan Verbeek gisteren aan de gemeenteraad van Zuidplas. Het CDA had mondelinge vragen gesteld over hoe ver het onderzoek was. In Moordrecht moesten de hulpverleners worden ondersteund door de ME bij het blussen van een vreugdevuur en was er een spoor van vernielingen achter gelaten in het dorp. In Moerkapelle moest ook de ME op achtergrond worden gehouden bij het blussen van een vreugdevuur.
Verbeek, die burgemeester Weber verving, stelde dat er veel gedaan vooraf om dit soort ongeregeldheden te voorkomen. Met politie, gemeente, sleutelfiguren en jongerenwerk is er veel tijd geinvesteerd. Hierdoor was er in Moordrecht een politiecamera opgehangen rond de Middelweg/Kerklaan/West Ringdijk omdat hier vorig jaar ook problemen waren. Het college van B&W was verrast door de problemen.
In totaal was er in Zuidplas 25.000 € schade voor de gemeente en dat was volgens Verbeek voor een groot deel in Moordrecht. Omdat 35 relschoppers in Moordrecht nu bekend zijn wordt er gekeken of kosten kunnen worden verhaald. Klovert (D66) vroeg zich af hoe realistisch het was om dat echt te kunnen doen met betrekking tot bewijsvoering. Verbeek vertelde dat men inderdaad wel op de camerabeelden of andere bewijsvorming moet hebben om daadwerkelijk te kunnen verhalen.
Van de relschoppers die nu bekend zijn komt het grote deel uit Moordrecht en een klein deel uit Gouda, Waddinxveen en Zoetermeer. De gemeente overweegt voor volgend jaar gebiedsverboden uit te delen. Daarnaast wil de gemeente in gesprek met de ouders, volgens Verbeek zijn zij verantwoordelijk voor hun kinderen. Het onderzoek naar de andere relschoppers loopt nog.
