Het sportdebat van Zuidplas eindigde donderdag zoals het was begonnen, in een bloedeloze salonremise. De gespreksleider stuurde aan op consensus onder de politieke partijen om meer geld aan sport te besteden. Dat consensus en debat slecht samen gaan, bleek al snel. Geen moment was er sprake van een spanning. Kees Heuvelman van de NGP bleek de enige politicus die de aanval zocht en wist daarmee het publiek nog enigszins op de banken te krijgen.
Stellingen
In Zuidplas zijn er voor de gemeenteraadsverkiezingen twee debatten georganiseerd. Het eerste debat was vorige week in Moerkapelle. Afgelopen donderdag organiseerde de Sportstichting Zuidplas het sportdebat in Swanla. Het debat was opgebouwd uit vier stellingen over inclusiviteit, financiële baten van sport, dat het niet alleen om gebouwen gaat en de verbindende waarde van sport. De lijsttrekkers werden bevraagd door journalist en Fries statenlid Jaap Stalenburg.
Jan Verbeek
De avond begon geheel in de stijl van een sportwedstrijd. Vooraf werd afscheid genomen van een speler die belangrijk geweest is voor de club. Dit keer mocht wethouder Jan Verbeek nog even het speelveld betreden. Verbeek keert na de verkiezingen niet meer terug als wethouder. Hij staat bekend om zijn inzet voor met name sport, cultuur en onderwijs. Interim-directeur Minne Dolstra gaf hem daarvoor de complimenten. Er volgde een hard en warm applaus uit de zaal.
“Eerst zwemmen, dan een andere sport”
Op het podium bleef het echter bij een vraag- en antwoordspelletje van Stalenburg met individuele politici. Van debatten tussen de lijsttrekkers was geen sprake. De NPG maakte duidelijk dat schoolzwemmen terug moet komen. “Het Vijfde Dorp staat al onder water. Dan moet je goed kunnen zwemmen”. De SP vindt de bijdrage uit het Jeugdsportfonds te laag, terwijl de VVD het niet nodig vindt om twee sporten voor een kind te financieren. “Ook ik moest vroeger eerst mijn zwemles afronden, voordat ik een andere sport mocht doen”.
“60 cent per inwoner aan sport”
In de laatste ronde werd duidelijk, wat het publiek al eerder aan zag komen. Er werd geprobeerd om lijsttrekkers toezeggingen te ontlokken. “In Zuidplas gaat 60 cent per inwoner naar de sport, tegen een euro landelijk. Zullen we afspreken dat Zuidplas naar het landelijk gemiddelde gaat?”. Met name D66, VVD en ChristenUnie/SGP gaven subtiel aan dat het niet handig is om zulke toezeggingen te doen in een verkiezingsdebat. De NGP was nog duidelijker. “Daar is straks echt geen geld meer voor”. Bijzonder was dat geen lijsttrekker durfde te vragen wat die bedragen inhielden en waar ze vandaan kwamen. Ze werden als feiten geaccepteerd. In het kader hieronder een uitleg over de bedragen.
Tam, rustig en zonder grote verschillen
Terwijl Heuvelman het publiek het meest vermaakte, kaapte Frans Klovert (D66) de titel ‘Man of the Match’ voor zijn neus weg. Een wedstrijd die met name het publiek niet kon boeien. Een voorzitter van een sportclub had er weinig aan gehad om zijn stem op 16 maart te laten bepalen. “Het was uitermate zwak, met abstracte stellingen. De dagvoorzitter weet niet wat er lokaal speelt. Waarom ging het niet over iets concreets, zoals de verplaatsing van sportverenigingen?”. Ook anderen vonden het tam, rustig en zonder grote verschillen. De meeste aanwezigen dachten al vier jaar vooruit. “Het zou mooi zijn als we dan scherpere debatten hebben, bijvoorbeeld over woningnood of verkeersveiligheid”.
Factcheck bijdrage per inwoner aan sport Tijdens het sportdebat werd door de organisatie ingebracht dat Zuidplas 60 cent per inwoner aan sport besteedt, tegenover 1 euro landelijk. Met zo’n 45.000 inwoners resulteert dat in 27.000 euro. Dat is niet veel. Navraag leert dat het bedrag per dag bedoeld werd. Het is gebaseerd op de gegevens van de VNG over gemeente-uitgaven. Daarin staat dat Zuidplas 224 euro per inwoner aan sport, recreatie en cultuur besteedt. Landelijk is dat 296 euro. Dat brengt de vergelijking op 61 cent vs. 81 cent per dag landelijk. Dit bedrag gaat echter niet alleen over sport, maar ook over recreatie en cultuur. Zuidplas heeft weinig dure culturele voorzieningen zoals theaters en musea. Daarvoor gaan inwoners naar omliggende gemeenten. Grote kans dat het de cultuur is waar Zuidplas minder dan gemiddeld aan uitgeeft. En hoe zit het met de kosten van de recreatieschappen? Zitten die in dit bedrag? De bron van deze getallen is een terugkerend onderzoek van het CBS. Voor gemeenten met minder dan 50.000 inwoners wordt hiervoor een steekproef genomen. Welke cijfers van Zuidplas gebruikt zijn, is hieruit niet meteen duidelijk. Kortom, volop vraagtekens. Wat is de betrouwbaarheid van deze cijfers voor een kleine gemeente als Zuidplas en komt het lagere gemiddelde door sport of door cultuur? Het is dan ook niet uit te sluiten dat Zuidplas meer dan gemiddeld aan sport uitgeeft. In dat geval is het goed dat partijen er niet in meegingen om toe te zeggen om naar het Nederlands gemiddelde toe werken. Dat zou dan een bezuiniging betekenen😉. |