Bij de aanleg van de hoogspanningskabel tussen het hoogspanningsstation Bleiswijk en het nieuwe hoogspanningsstation Zuidplaspolder in Zevenhuizen is er bij diverse grondeigenaren weerstand ontstaan en geven ze geen toestemming om kabels op hun percelen te leggen. Het nieuwe 150kV station van TenneT langs de N219 moet de huidige congestie en de bouw van het vijfde dorp voorzien van voldoende elektriciteit.
TenneT heeft de burgemeesters van Lansingerland en Zuidplas gevraagd een procedure tot vestiging van een gedoogplicht op grond van de Belemmeringenwet Privaatrecht te starten. Beide burgemeesters hebben hierover besloten om de procedure te starten.
De eigenaren van een aantal percelen, die nodig zijn voor het project, verlenen geen medewerking van de aanleg van de kabel. Er dient derhalve een gedoogplicht op deze percelen te worden gevestigd op grond van de Belemmeringenwet Privaatrecht. Bevoegd voor deze vestiging is de Minister van Infrastructuur en Waterstaat. Hiervoor is echter de medewerking nodig van de burgemeester van de gemeente waarin de desbetreffende percelen zich bevinden. Binnen de gemeente wordt volgens voornoemde wet de burgemeester belast met taken inzake het verlenen van inspraak en de voorbereiding van de besluitvorming.
Met een brief en een publicatie in Hart van Holland zijn de perceeleigenaren op de hoogte gesteld dat de procedure gestart is en dat er aankomende week een hoorzitting wordt gehouden bij de Provincie Zuid-Holland. Na de hoorzitting en weging van de argumenten wordt er een besluit genomen door het ministerie over de gedoogplicht.
De gedoogplicht houdt in dat een eigenaar (of andere rechthebbende) van een stuk grond moet toestaan dat Tennet de hoogspanningsleiding in de grond aanbrengt. De eigenaar heeft wel recht op een schadevergoeding voorkomend uit de werkzaamheden.
