Vandaag barst de Nationale Tuinvogeltelling van Vogelbescherming Nederland los. Drie dagen lang tellen tienduizenden mensen de vogels in hun tuin of op het balkon. Vorig jaar deden maar liefst 140.000 mensen mee. Traditiegetrouw eindigt de huismus op de eerste plek. Als echt gezelligheidsdier zie je een huismus nooit alleen, maar in groepen. Toch is het aantal huismussen in ons land gehalveerd, reden genoeg om dit jaar uit te roepen tot het Jaar van de Huismus en onderzoek te verrichten naar deze gezellige kwetteraar. Vogelbescherming roept daarom iedereen op om tijdens de Tuinvogeltelling extra te letten op de huismus.
Huismussen zijn heel sociaal. Tijdens de Tuinvogeltelling zien mensen gemiddeld een groep van 8 huismussen in hun tuin. Dat tikt lekker aan en zo eindigt dit populaire vogeltje elk jaar weer op de eerste plek in de top 10 van meest geziene vogels. Als je kijkt naar het aantal tuinen waarin de huismus wordt geteld, dan ligt dat een stuk lager. Waar de koolmees in bijna alle tuinen voorkomt, wordt de huismus vandaag de dag nog maar in de helft van de deelnemende tuinen gezien. Dat is niet alleen jammer voor de huismus, maar ook voor mensen, want huismussen geven mensen veel plezier.
Vogelbescherming roept daarom iedereen op om mee te doen met de Tuinvogeltelling zodat we aantallen huismussen goed in beeld krijgen. Meedoen is heel simpel: tel op vrijdag, zaterdag of zondag een half uurtje de vogels in je tuin of op je balkon en geef dat door op www.tuinvogeltelling.nl. Dat is niet alleen leuk om te doen, je helpt zo ook mee aan het grootste citizen science project van Nederland. Hoe meer de vogelbescherming over de vogels en dus ook de huismus weten, hoe beter we ze kunnen beschermen. Kijk op www.tuinvogeltelling.nl of www.vogelbescherming.nl/jaarvandehuismus voor meer informatie.
