Rijkswaterstaat gaat de aankomende tijd 129 mogelijke verstoringen verkennen die uit het onderzoek naar ontplofbare oorlogsresten is gekomen. Esther Korvinus (projectleider Onderzoeken AlphA20)
‘In de eerste onderzoeksronde hebben we met een oppervlaktedetector in beeld gebracht waar er verstoringen in de bovenste grondlagen zitten. Uiteindelijk traceerden we zo 129 mogelijke verstoringen.’ Volgens Korvinus leert de ervaring dat dit net zo goed blikjes of fietsbellen kunnen zijn. ‘Het is daarom belangrijk dit verder te onderzoeken. In de komende 2 maanden gaan onze specialisten een groot aantal van deze objecten ‘benaderen’, oftewel onderzoeken wat het werkelijk is. Dit gebeurt door het verdachte object te laten opgraven door specifiek hiervoor opgeleid personeel. Zij kunnen dan visueel checken wat het object is. Afhankelijk van onder andere de diepte van het verdachte object kan dit soms handmatig, maar soms is het noodzakelijk dit met een kraan te doen.’
Op het moment dat er tijdens de werkzaamheden iets verdachts wordt gevonden, volgen de onderzoekers het protocol. Korvinus: ‘We gooien het inspectiegat dan eerst weer dicht en zetten het gebied af. Vervolgens bespreken we met de gemeente – als verantwoordelijke voor de openbare veiligheid – en de Explosieven Opruimingsdienst wat de vervolgstappen zijn en hoe zij vervolgens het verdachte object kunnen gaan ruimen.’
Loopgraven uit de Tweede Wereldoorlog
Uit eerder archeologisch archiefonderzoek kwam onder andere naar voren dat er rond de A20 mogelijk restanten uit de Tweede Wereldoorlog in de bodem zitten. ‘Het gaat daarbij met name om het vermoedelijk aanwezige loopgravenstelsel, op de plek waar de A20 tussen Nieuwerkerk aan den IJssel en Gouda de spoorlijnen kruist’, vertelt Korvinus. ‘Om dit militaire erfgoed goed in kaart te brengen, graven we de komende tijd 5 proefsleuven. Daarvoor worden in het veld rechthoekige vakken uitgezet, die vervolgens worden uitgegraven. Aan de hand van afwijkende grondlagen kunnen we vervolgens de werkelijke ligging van de loopgraven achterhalen en zien wat er op die plek precies in de grond zit.’
Uit de eerdere archeologisch onderzoeken bleek dat er gebieden zijn waar geen verder onderzoek nodig is. Daarnaast zijn er gebieden waar wél extra boringen gemaakt moeten worden, om een beter beeld te krijgen van de archeologische waarde. Hiervoor worden machinaal circa 5 meter diepe boringen gemaakt.
Gebied heeft veel historie uit Tweede Wereldoorlog
Dat Rijkswaterstaat nu tegen diverse vondsten aanloopt is niet verbazingwekkend. De spoorlijnen hebben meerdere keren een bombardement gekregen in de Tweede Wereldoorlog en bij de Vijfde Tochtweg werd bij het graven van een spoortunnel een geschutstelling als onderdeel van de Vordere Wasserstellung, een Duitse verdedigingslinie die vanaf 1943 is opgebouwd direct achter de Atlantikwall en liep van Amsterdam via Gouda naar Rotterdam.