Klachten over toegangsprijzen en openingstijden van het Polderbad in Nieuwerkerk aan den IJssel hebben het college van burgemeester en wethouders nooit eerder bereikt, zo antwoordt het college aan de fractie van de VVD. Ook bij de bestuurders van het Polderbad zijn weinig klachten hierover bekend.
De VVD had o.a. via Social Media geconstateerd dat inwoners de openingstijden te beperkt vinden, dat men teleurgesteld is dat het buitenbad pas in juni is geopend en dat men ontevreden is over de toegangsprijs.
Het college stelt dat de stichting Polderbad over de prijzen en de openingstijden gaat, niet het college. Deze stichting meldt, dat de prijzen van het Polderbad lager zijn dan vergelijkbare tarieven in de regio, terwijl de Nieuwerkerkse organisatie zelfs diverse bijzondere activiteiten aanbiedt. Denk hierbij aan een verwarmd zwembadje met speelvoorzieningen voor 1-jarigen en lessen in watergewenning en diverse speelse activiteiten voor ouders en kinderen.
Het jaarlijkse moment van opengaan van het buitenbad leidt nogal eens tot gemopper bij de bezoekers van het bad. Dit jaar was het bijvoorbeeld in mei al prima weer voor een bezoek aan het buitenbad. Echter, voordat het bad wordt opengesteld voor het publiek, dienen er diverse – jaarlijks terugkerende – werkzaamheden aan het bad te worden verricht. Dat kan pas starten, zodra er geen nachtvorst meer is, hetgeen in 2017 op 10 mei nog het geval was. Ook is tijd nodig om diverse technische zaken te testen en zo nodig te laten repareren of vervangen. Vanwege deze noodzakelijke werkzaamheden ging het buitenbad in 2017 op 21 juni open voor het publiek. In krap een maand tijd hebben meer dan 1.000 bezoekers gebruik gemaakt van het buitenbad. Bij slechte weersomstandigheden komen mensen niet voor het buitenbad, maar kunnen de bezoekers van het binnenbad gebruik maken, hetgeen dit jaar enkele keren is gebeurd. Traditioneel is het buitenbad geopend tijdens de zomervakantie, in de maanden juli en augustus. Het is de exploitant die hierover beslist, niet de gemeente.
De VVD vraagt ook, waarom de stichting, die een jaarlijkse subsidie ontvangt van de gemeente, vorig jaar een deel van die subsidie aan de gemeente heeft teruggestort. Volgens de VVD had de stichting dit geld ook kunnen gebruiken om een prijsverlaging door te voeren of het zwembad dagelijks langer open te houden. Het college antwoordt dat het bestuur van de stichting nadrukkelijk bezig is geweest met een efficiënt, zakelijk beheer van het Polderbad. Hierdoor bleek niet alle toegekende subsidie nodig te zijn.
Hoewel de stichting dus minder subsidie nodig had dan voorzien, lukt het de stichting desondanks om 7 gemeentelijke binnensportaccommodaties (waaronder 2 zwembaden) zodanig te exploiteren dat ze voldoen aan de maatschappelijke behoefte. Volgens het college sluit deze doelstelling aan bij de visie vanuit de gemeenteraad.
