Er zijn in totaal 22 beroepszaken ingediend bij de Raad van State tegen het besluit van de gemeenteraad over het bestemmingsplan Middengebied Zuidplaspolder 1, beter bekend als het besluit van het Vijfde Dorp. De Raad van State verwacht dat deze zaken pas over een jaar op zitting behandeld kunnen worden.
Het was al eerder bekend dat het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en Rijkswaterstaat als overheden beroep hadden aangetekend. Dit werd door vele media in Nederland opgepakt omdat het bijzonder is dat overheden met elkaar de strijd aangaan bij dit rechtsorgaan.
De woordvoerder van de Raad van State laat weten dat van de 22 bezwaarschriften ook 11 bedrijven beroep hebben ingediend. Welke bedrijven dit zijn, wordt niet vermeld omdat vaak familienamen in de bedrijfsnaam zitten en dit schuurt aan privacwetgeving. Daarnaast zijn er 9 private personen die een beroep hebben aangetekend.
De redactie van deze nieuwssite heeft ook de gemeente Zuidplas om reactie gevraagd. Die geeft aan dat zij nog niet weten hoeveel beroepen er zijn ingesteld omdat dit bij de Raad van State wordt gedaan. “De beroepen zijn ingediend bij de Raad van State, niet bij de gemeente Zuidplas. Na het doorlopen en afronden van verschillende (administratieve) procedures wordt deze informatie gedeeld met de gemeente” .
De woordvoerder van de Raad van State legt aan deze nieuwssite het vervolgproces alsvolgt uit : ”De zaak is vorige maand bij ons ‘ingeboekt’ en dat betekent dat de komende tijd het dossier moet worden gevormd, met alle formaliteiten zoals we dat noemen. Dus eerst wordt alles administratief in orde gebracht.
Omdat de Raad van State op dit moment een zeer grote hoeveelheid rechtszaken in ‘voorraad’ heeft, zeker in de Omgevingskamer van de Afdeling bestuursrechtspraak, duurt het helaas langer dan voorheen dat we zaken inhoudelijk op zitting kunnen behandelen. Met andere woorden: we kampen met langere doorlooptijden tegenwoordig. Het is vervelend om te zeggen maar dit kan zeker nog wel een jaar duren voordat deze zaak op zitting kan worden gepland. Het is niet anders. Dat is helaas op dit moment de realiteit binnen de rechtspraak“.