De zeer grote brand op 18 januari bij het chemisch bedrijf Croda in Gouda is ontstaan in een vetput op het terrein.
Dat vertelt woordvoerder Peter Kessels van de brandweer Hollands Midden aan de toegestroomde pers. Bij de brand is een deel van een silo ingestort en de brandweer is samen met Croda aan het onderzoeken van constructies welke aangestraald zijn door de hitte van de brand. De bedrijfsbrandweer is gestart met blussen en wordt daarna geholpen door de brandweer uit de hele regio.
Na onderzoek bleek dat de de constructie van de overige opslagtanks stabiel is en dat de bewoners kunnen terug naar hun woningen. Het bluswater is opgevangen in speciale tankputten. Het personeel mocht al eerder weer op een deel van het terrein.
Bewoners aan de achterzijde van de fabriek en aanwezigen van een dagbesteding zijn tijdelijk geëvacueerd en opgevangen door de gemeente Gouda. Naast alle brandweer waren ook het Rode Kruis en het Parate Peleton van de politie-eenheid Den Haag aanwezig. Tijdens de brand heeft een Agusta helikopter van de politie over het terrein gecirkeld om zo van boven een beeld te krijgen van de brand. De brand was snel geblust. Burgemeester Verhoeve kwam kijken naar de hulpverlening op het terrein.
Er zijn geen gevaarlijke stoffen vrijgekomen. Croda werkt met zogenaamde oleo chemicaliën, een proces waarbij met een chemische bewerking van plantaardige en dierlijke oliën en vetten tot basisgrondstoffen producten worden gemaakt. De productie van kaarsen is al eerder verplaatst naar Waddinxveen. Op sociale media ontstond direct de discussie of de fabriek hier nog kan blijven staan. De brandweerwoordvoerder hield deze vraag van de pers af en verwees naar de gemeente Gouda.