De oppositiepartijen van de gemeenteraad van Zuidplas voelde zich tijdens de behandeling van de zomernota niet gehoord. De PvdA/GroenLinks, D66, NEZ en SP hebben daarom geen debat gevoerd tijdens de tweede termijn.
“We hebben het gevoel dat de dingen die we benoemen, niet tot een debat gaan leiden en dingen hier in de raad al als meederheid vastliggen” legde Martin Damen (PvdA/GroenLinks) uit. Damen doelde hier op dat de coalitiepartijen VVD, ChristenUnie/SGP en CDA niet mee ging met de wijzigingsvoorstellen (amendementen) en moties van de coalitie.
Frans Klovert (D66) onderschreef de woorden van Damen : “Ik bemerk dat in de beantwoording van het college niet wordt meegedacht, we hadden beter kunnen aftikken waar we wel en waar we niet over eens zijn. Ik bemerk geen enkele ruimte om dat bespreekbaar te maken“. De SP had bij monde van raadslid Rodenburg slechts een vergeten vraag en steunde verder het niet voeren het debat.
Burgemeester Weber noemde het ‘spijtig’ dat de oppositie deze stellingname innam. Al eerder kwam dit voor tijdens deze collegeperiode dat de raad gespleten raakt. Coalitieleider Ferry van Wijnen (VVD) zag het toch anders : “Ik betreur dit wel, ik denk dat er een verschil van inzicht bestaat en dat kan te maken hebben dat wij hierover al met de wethouder hadden gesproken over het aanvliegen van deze raadsvergadering”. Hij gaf aan dat wel ruimte was voor de voorstellen maar dan moest de oppositie deze ombouwen naar een minder, voor het college, dwingende, motie.
Cock van der Spek benadrukte dat naast het verschil in inzicht de oppositie ook de belangen van de gemeente moeten zien “Gaan we dan op deze manier er zo mee om? Daar heb ik moeite mee, dat betreur ik zeker!“. De Ruiter (CDA) vond het jammer en betreurt het dat het op deze manier moet. Hij stelde dat het rijtje bezuinigingen later nog besproken kan worden; “juist vanuit het belang van de inwoners en niet van oppositie en coalitie, het is de verantwoordelijkheid naar de inwoners en dat is waar we hier voor zitten“.
De oppositiepartijen lieten 23 amendementen staan en behalve dat geen van deze voorstellen steun kreeg van de coalitiepartijen was men het ook niet altijd onderling eens met elkaar qua steun verlenen. In totaal werden er 18 moties instemming gebracht van met name de coalitie en hiervan haalde 16 een meerderheid, met steun van een of meer oppositiepartijen. De uiteindelijke zomernota werd door de coalitie gesteund, de oppositie stemde tegen.